Opvallend.
Omdat ik (waarschijnlijk) hooggevoelig ben, vallen mij dingen om me heen op, die anderen vaak ontgaan. Zoals hoe makkelijk mensen de wandelwagen gebruiken. Wandelwagen is eigenlijk niet het woord, want het kind dat erin zit wandelt juist niet. Terwijl datzelfde kind vaak al kan lopen als een kieviet. In sommige gevallen zitten de riemen los en mag de kleine zelf bepalen wanneer het loopt en wanneer het zit. Vaker zie ik dat het kind vast zit. Wat is de zin of reden hiervan? Wat heeft het kind eraan? Waarom mag dit kind niet lopen?
Steeds meer zitten. Kinderen zitten niet alleen vaak en lang achter elkaar in een buggy (soms een uur achter elkaar of zelfs vanaf het moment van de deur uitgaan, tot aan het moment weer thuis te zijn), maar ook tot op relatief hoge leeftijd. De meeste kinderen van twee jaar kunnen al flink doorlopen, zijn bewegelijk en ondernemend en een gemiddelde driejarige kan motorisch al bijna alles. Toch zie ik kinderen van vier jaar of zelfs ouder nog vastzitten in een buggy. Ook de Fabrikanten van buggy’, of winkels geven tot zover ik weet, nauwelijks voorlichting over wanneer een buggy nodig is en wanneer niet. Ik heb de indruk dat heel vroeger het normaal was dat kinderen die konden lopen, ook gewoon liepen.
Onze maatschappij is echter steeds meer gericht op comfort, dus het verschijnsel van kinderen die zitten, wordt volgens mij alleen nog erger. Alles moet zo min mogelijk tijd kosten en je bent nu eenmaal minder lang onderweg als het kind zittend wordt vervoert. Zo’n kind schikt in voor de wensen en het dagritme van de volwassenen.
Erbij betrokken.
Omdat ik zelf geen kinderen heb, mag ik me daar helemaal niet mee bemoeien. Toch heb ik gezien dat het anders kan. Een kindje dat naast de ouder loopt. Kinderen bloeien meestal op als ze samen praten, lachen en dingen ontdekken met mama of papa. Het lijkt dat dit veel minder gebeurt wanner het kind in een buggy zit, hoewel er uitzonderingen op zijn. Kleintjes die toch een prettig contact hebben met de ouder. Door de constructie van een buggy, het kind zit met de rug naar de ouder, wordt het contact echter wel belemmerd. Er zijn buggy’s waarbij het kind met het gezicht naar de ouder toe zit, maar dit is een minderheid. Het kind hangt er vaak een beetje bij, met een matte blik in de ogen. De verschillende aanpakken, staan vaak in schril contrast met elkaar. Niet hoever het kind al ontwikkeld is bepaalt meer of het mag lopen…
Peuters vinden het vaak heel interessant om met ‘grote mensen dingen’ bezig te zijn. Kleine taakjes als een etenswaar in de boodschappenwagen leggen. Kinderen die erbij betrokken worden, reageren meestal geïnteresseerd en leren verbanden leggen. Zoals waarom er boodschappen gehaald moeten worden en hoe het huishouden in elkaar zit. Daarbij voelen ze zich groot en nuttig. Het is goed voor hun geestelijke ontwikkeling. Al doende leren kinderen. Daarbij is het gezond voor het lichaam. Door actie, bouw je de conditie op en ontwikkel je je motoriek beter en voorkom je zelfs overgewicht. Natuurlijk zijn kinderen ook binnenshuis druk in de weer, maar je zult begrijpen waarom buiten lekker in beweging zijn, meerwaarde heeft. Een woning, zelfs een ruime woning, heeft maar een beperkt aan vierkante meters.
Contact. Denk aan de volgende scène: Een kind dat zit te krijsen en spartelen in een buggy en de ouder loopt er stoïcijns achter. Denkt u ook: wat een mormel van een kind? Vindt u het sterk van de ouder dat die het kind niet z’n zin geeft? En dat dit gedrag gewoon bij die leeftijd hoort. Kleine kinderen hebben een totalitaire beleving, ze kunnen niet relativeren. Iets plaats daarvan gaan ze helemaal mee in iets. Of zou er iets anders achter zitten dat het kind zo tekeer gaat. Wat weten we eigenlijk over het gevoelsleven van een baby of peuter? Het is een periode die gewist is uit ons geheugen, of ergens in ons onderbewustzijn huist, waar we niet bij kunnen. In hoeverre verplaatsen we ons in zijn werkelijkheid? Ik heb de vraag nog niet beantwoord gezien, wat het met een kind doet om met regelmaat onvrijwillig in een buggy te zitten. Hoe zou u zich voelen, als iemand dit bij u zou doen? Vaak geeft zo’n kind duidelijk aan dat het wil lopen, maar mag het niet. Daar ziet zo’n kind de zin niet van in. Of de ouder reageer zelfs helemaal niet op het geroep. Het kind gaat steeds harder z’n best doen en dan escaleert het vaak. Lijdt zo’n kind dan, als het niets aan de situatie kan doen? Dit wordt helaas weinig tot niet onderzocht. We kunnen aannemen dat het pijnlijk is voor een kind, dat juist de mensen die hij het hardst nodig heeft, zijn gevoelens niet serieus nemen. Het vastzitten lijkt me tegennatuurlijk, omdat peuters van zichzelf ondernemend zijn en graag in beweging. Het is een natuurlijke behoefte, iets anders dan snoep of een nieuw speeltje willen.
Hoewel het soms het beste lijkt om het kind uit te laten razen, het proberen te benaderen lijkt dan alsof je olie op vuur gooit. Maar dan zou het kind zelf toenadering moeten kunnen zoeken en dat kan alleen als het los is. (Zoals een peuter die op de grond ligt te spartelen en gillen, en bekend fenomeen, wat ik echter veel minder vaak zie dan een kind in een buggy dat over de rooie is.) Als het op welke manier dan ook geïsoleerd is, zal het best eens kunnen dat de situatie de stress in gang houdt.
Bescherming.
Vaak zitten kinderen in buggy’s omdat ze anders gevaar zouden lopen in het verkeer. Een angst die ik op zich heel goed begrijp. Toch zijn er andere oplossingen. Je kunt je kind aan het handje meenemen, waar het erg druk is. Een looptuigje wordt vaak als maf of zelfs crue gezien. ‘Je kind uitlaten!’ wordt er dan schertsend gezegd. Naar mijn inzien is het juist kindvriendelijker, omdat het kind nog steeds in beweging kan zijn, het contact tussen ouder en kind onbelemmerd blijft en het toch de voordelen wat bescherming biedt, die een buggy ook heeft. (Het kind kan niet de straat oprennen of in de menigte verdwijnen.
Ik heb vaak gezien dat er een plastic, doorzichtige kap of zeil over de buggy is gedaan, zelfs als het niet eens regent. Dit veroorzaakt een nog sterkere isolatie, omdat je als ouder niet even het kindje een aai over de bol kan geven en de stemmen klinken ook gedempt. Ik krijg er een nogal claustrofobisch gevoel van. Het lijkt me angstig voor een kind om afgesloten te zitten van de ouder.
Al met al is de peutertijd een grillige tijd, voor de ouders, maar zeker voor het kind zelf.
Ik hoop dat dit artikel de lezers ertoe aanzet om hier eens goed bij stil te staan.
Sarah Morton.
Comments are closed.