Het omvallen van de banken, het ontploffen van de staatsschuld, het instorten van de economie, het uitvallen van de stroomvoorziening, milieurampen.
Er zijn talloze crises waar we niet op voorbereid zijn.
Steeds meer mensen komen erachter hoe we met handen en voeten gebonden zijn. Vangnetten en zekerheden die weg dreigen te vallen.
Het einde van de beschaving lijkt nabij. De beschaving zoals we die kennen.
We zijn niet meer zelfvoorzienend.
Zo’n honderd jaar geleden hadden de mensen nog een waterbron.
Het kan nooit kwaad om een noodpakket aan te leggen. Houdbaar voedsel, flessen water, vitaminen, een knijpkat en een verbanddoos.
Met een waterfilter kun je uit een regentoon en zelfs uit de sloot drinken, zonder ziek te worden.
Veel mensen verliezen zich volledig in deze categorie.
Het lijkt erop dat het geld gaat verdwijnen. Ons huidige financiële systeem is gebaseerd op schulden. Geld wordt vanuit het niets gecreëerd en het is steeds meer een cijfer.
Ons land is failliet. Nu krijgt dít kabinet de schuld, maar als een ander kabinet geregeerd had, dan had die de schuld gekregen.
Het oude stelsel is iets van tijdelijke aard. De wereld van de machthebbers is aan het afbreken, zoals ook de Katholieke kerk door de knieën ging toen het vele misbruik naar buiten kwam. Het is niet meer tegen te houden.
Toch weten we niet hoelang het nog duurt. Wie weet nog tientallen jaren.
Het kan helpen om je geldzaken via een ‘groene’ bank te regelen. Voorbeelden zijn Triodos en de ASN Bank. Zij investeren ook in natuurbehoud en andere duurzame projecten en zullen ook stabieler zijn in tijden van crisis dan banken die investeren in zaken die ons niet verder helpen, zoals de wapenindustrie.
Je kunt al je geld wel onder je bed bewaren, maar ook als je niet in Gouda woont, kan iemand inbreken.
Het boek ‘Het laatste kind van het bos‘, zet een onthutsend beeld neer; kinderen spelen steeds minder buiten. Er verdwijnt natuur en de angst voor ongelukken en ontvoeringen neemt toe.
Weliswaar gaat het boek over de Amerikaanse situatie, maar veel voorbeelden gelden voor het hele westen.
Natuurrijke plekken dragen bij aan ons lichamelijke en geestelijke welzijn.
Zelfs binnen recreatieve settings, zoals een kinderboerderij, zitten sommige kinderen nog vastgebonden in een buggy, op een leeftijd dat ze allang kunnen lopen. Ze lijken ook achter te lopen in ontwikkeling, ten opzichte van kinderen die bewegingsvrijheid krijgen.
Wanneer een kind uit de wagen mag, komt het tot leven. Een wereld van verschil. Het is zelfverzekerder en socialer.
De huidige generatie kinderen lijdt aan een ‘natuurtekortstoornis’. Een woord dat aardig de lading dekt.
Kinderen horen te rennen, klimmen en ontdekkingen te doen. Ze willen experimenteren met zand en water. In de natuur kun je eindeloos veel ervaringen en indrukken opdoen. De mogelijkheden zijn onbeperkt, in tegenstelling tot georganiseerd spel. Vroeger was het nog heel gewoon om hutten te bouwen. Niet alleen leuk, maar ook een bruikbare vaardigheid.
Groene gebieden bezoeken hoeft weinig tot niets te kosten. Wandelen langs het strand, fietsen door het bos of het weiland. Sterren kijken.
Wat voor samenleving zouden we krijgen als kinderen in contact blijven met de aarde en zich kunnen ont-wikkelen, in plaats van ingekaderd te worden. De meeste mensen hebben geen weet van hun ware potentieel.
‘Zeldzamer dan witte tijgers zijn ze aan het worden, kinderen die nog vrij buiten spelen.’
De gevolgen zijn verontrustend. Onder andere agressie, depressie en overgewicht. Natuur om je heen heeft een weldadige invloed. Je komt los van de beslommeringen van alledag. Het zorgt voor veerkracht, creativiteit en een sterker en vitaler lichaam.
De kinderen hebben de toekomst, alleen volwassenen bepalen hoe die eruit ziet.
Er wordt veel voor ons geregeld en bepaald, vanaf dat we kind zijn. Mensen klagen wat af, maar het voelt ook wel veilig.
De beschaving is uiterst kwetsbaar. Je kunt er niet blindelings op vertrouwen, dat wijst de geschiedenis ook uit.
Zelf ben ik stappen aan het zetten om los te komen van het systeem. Zo verminder ik mijn materialisme door me zo min mogelijk te hechten aan spullen en plaatsen. Hechting maakt je praktisch en emotioneel kwetsbaarder.
Meer bezit maakt niet gelukkiger, minder vreemd genoeg wel. Want hoe meer je bezit, hoe meer je te verliezen hebt.
Minder spullen betekent meer vrijheid. Een groot huis, een auto, allemaal kost het geld, tijd en energie. Als je soberder leeft (niet te verwarren met somber!), ben je minder afhankelijk van een baan. Je hoeft minder uren te werken om rond te kunnen komen en hebt meer tijd en energie voor vrienden, familie en doen waar je van houdt.
Alle spullen moeten bovendien geproduceerd worden. Vaak in vervuilende fabrieken. Alleen het vervoer en de verpakking zijn al een aanslag op het milieu. Door prioriteiten te stellen waar je echt waarde aan hecht, leef je duurzamer.
Lichamelijke en geestelijke veerkracht helpt je om barre tijden door te komen. Regelmatig de natuur in trekken maakt je soepeler en je bouwt conditie op. Door eens te gaan kamperen of backpacken ervaar je hoe je kunt leven met minder middelen en minder comfort. Iets dat je later altijd van pas kan komen.
Je niet instellen op een slagveld, maar wel onverwachtse klappen kunnen opvangen.
Praktische voorbereiding: kennis van planten. Welke giftig zijn en welke een bron van vitaminen. Sommige planten die gewoon in de natuur groeien, kunnen werkelijk een medicijn voor je zijn.
Het boekje: Nooit geweten dat je dit ook kan eten, van Anneke Bleeker, bevat waardevolle informatie, leuke suggesties en kleurrijke foto’s. Het staat borden vol(!) wetenswaardigheden over planten en bloemen die in de natuur groeien. Ook staan er recepten in voor onder andere brandnetelsoep, madeliefjeskruidenboter en lijsterbeslikeur.
Zelf groenten en fruit verbouwen maakt je minder afhankelijk van de voedingsindustrie.
Denk ook aan een regenton of moestuin.
Groenten en fruit kweken kan ook op het balkon. Kruiden kun je zelfs in huis kweken.
We hoeven niet in een bunker te gaan zitten met blikvoer. De toekomst staat niet vast. Ik stel voor om vooruit te kijken en te werken aan een mooiere, eerlijkere en natuurlijkere samenleving. Het is wat we er zelf van maken.
Samenwerken is het toverwoord. Iedereen heeft zijn eigen kwaliteiten en rol in de samenleving. De een kan goed klussen of is technisch. De ander kan goed organiseren en het overzicht houden. Doen wat er moet gebeuren, zonder persoonlijk gewin.
Steeds meer mensen zijn er klaar voor om op een andere manier te leven.
Een permacultuur kan een antwoord zijn op de vraag voor voedsel. De grootschalige monoculturen brengen vooral doorgefokte gewassen voort. Het lijkt efficiënt maar ze zijn vatbaar voor plagen en ziekten, net als wanneer je teveel mensen of dieren op elkaar pakt.
De natuur de ruimte geven. Veel planten en dieren vullen elkaar aan en hebben elkaar nodig. Zonder bijen geen bestuiving!
Misschien denk je: wie ben ik om te denken iets aan de wereld te kunnen veranderen? Maar onze gevoelens, gedachten en daden hebben invloed op het geheel.
Met een open mind en geestelijke veerkracht ben je misschien wel beter bestand tegen wat er ook mag komen, dan de preppers die doodsangsten uitstaan en zich in een kelder opgesloten hebben.
De doemdenkers gaan waarschijnlijk de puin niet helpen opruimen, die we met z’n alles gecreëerd hebben.
Zelf ben ik bezig met het opzetten van autonome hulpgroepen. Mijn eigen gave is zien en voelen wat kinderen nodig hebben. Hen een stem geven voelt als mijn levensopdracht.
Stukje bij beetje kunnen we het roer omgooien en werken aan zelfvoorzienende, groene en veerkrachtige huishoudens, wijken en steden. Het werken aan een mooiere en gezondere wereld is misschien wel de beste voorbereiding die we kunnen treffen.
Hoop, liefde en energie verspreiden, in plaats van angst en somberheid.
Bronnen:
sochicken.nl/doomsday-prepping-zo-bereid-je-je-voor-op-het-einde-der-tijden
www.hetlaatstekindinhetbos.nl/
5 Responses to Hoe bereid je je voor op het einde der tijden?
Comments are closed.